Ook dit jaar vindt de ramadan weer plaats, de maand dat moslims van zonsopgang tot zonsondergang niet eten, drinken, roken, medicijnen innemen en seks hebben. Een Deense minister, Inger Stojberg, gooide vorig jaar een knuppel in het hoenderhok. Volgens haar veroorzaken vastende moslims onveiligheid voor anderen: in het verkeer, in fabrieken en ziekenhuizen. Vastende moslims moeten daarom volgens haar tijdens de ramadan vakantie nemen. Stojberg werd overladen met kritiek, in haar eigen land en ook in Nederland. Velen ontkenden het probleem van onveiligheid tijdens de ramadan en vonden haar uitspraken getuigen van intolerantie jegens moslims. Het werd een moeizaam debat met tegenstrijdige argumenten en losse eindjes. In dit artikel pak ik de draad weer op, met als doel het debat over ramadan en veiligheid verder te brengen.
Feiten
Enkele betrouwbare instanties in Nederland – zoals Voedingscentrum en het Nederlands Huisartsen Genootschap – geven informatie over de gevolgen van deelname aan de ramadan: vermoeidheid, verminderde alertheid, misselijkheid, maagklachten en uitdroging. Oorzaken van deze klachten zijn onevenwichtige voedselinname, te weinig vocht, slaaptekort en stoppen met medicijngebruik. Het Nederlands Huisartsen Genootschap meldt dat naar schatting 10 tot 20% van de vastende moslims tijdens de ramadan hun medicijnen even vast en trouw inneemt als gebruikelijk. Dat wil zeggen, 80 tot 90% stopt of vermindert de medicijninname. Met name voor mensen met (ouderdoms)diabetes kunnen de gevolgen ernstig zijn wanneer zij stoppen met medicijngebruik en toch deelnemen aan het verkeer. De suikerspiegel van betrokkene kan gaan schommelen, met onveilig rijgedrag als gevolg. Daarvan zijn helaas voorbeelden bekend. Moslims zijn overigens ruim vier keer oververtegenwoordigd in de groep mensen met (ouderdoms)diabetes.
Vermoeidheid is een bekend verschijnsel bij vastende mensen tijdens ramadan, vooral in de zomermaanden wanneer de nachten kort zijn. In acht nachtelijke uren wordt tijdens ramadan twee maal gegeten en worden de gebruikelijke gebeden gedaan. Ook vervoer vraagt tijd, omdat de avondmaaltijden tijdens ramadan meestal samen met familie en vrienden plaatsvinden. Er blijft hierdoor weinig tijd over om te slapen, met als gevolg vermoeidheid overdag. De ANWB en Veilig Verkeer Nederland (VVN) waarschuwen dat vermoeid achter het stuur levensgevaarlijk is. Volgens VVN is vermoeid rijden te vergelijken met rijden onder invloed van alcohol. Vermoeide bestuurders hebben drie tot acht keer meer kans op een verkeersongeval.
Kortom, uit deze gegevens blijkt dat deelname aan de ramadan kan bijdragen aan onveiligheid. Dit zijn echter algemene gegevens. Specifiek onderzoek naar deelname aan de ramadan en veiligheid is in Nederland niet gedaan. Nader onderzoek hiernaar is gewenst.
In islamitische landen is wél onderzoek naar ramadan en verkeersveiligheid gedaan en het debat daarover is daar heel gewoon. De statistieken laten zien dat tijdens de ramadan extra ongevallen in het verkeer plaatsvinden en men zoekt naar oplossingen om de veiligheid te bevorderen. Op internet zijn daarvoor tal van tips te vinden, zoals rustig rijden, bijtijds vertrekken en vriendelijk en geduldig zijn. De verkeerspolitie neemt allerlei maatregelen, controleert extra en geeft informatie om schade en ongevallen tijdens ramadan te voorkomen.
Taboe?
Voorgaande feiten geven aanleiding tot zorg over onveiligheid tijdens ramadan. Hoe komt het dan dat de Deense minister zoveel kritiek kreeg op haar uitspraken over onveiligheid? Is er in westerse landen een taboe om de feiten nuchter te bekijken, zoals blijkt uit de volgende casus van wetenschapsjournalisten van de Volkskrant?
Naar aanleiding van de commotie rond de Deense minister heeft de Volkskrant onderzocht of vastende buschauffeurs een gevaar zijn op de weg, met als conclusie dat daar geen aanwijzingen voor zijn. De onderbouwing van deze conclusie is merkwaardig. De Volkskrant constateert dat volgens (buitenlands) onderzoek inderdaad meer verkeersongelukken tijdens ramadan plaatsvinden, soms zelfs acht keer meer dan in andere maanden. Volgens een in het stuk opgevoerde psycholoog en verkeersexpert komt dat niet door het vasten, maar door het drukkere verkeer.
In islamitische landen echter denkt men dat het vasten wel degelijk een rol speelt: ‘Aan het eind van de dag rijdt iedereen extra hard naar huis, met een lege maag, uitgedroogd, ook nog eens zonder sigaretten en koffie, mensen zijn vermoeid en geïrriteerd, tja, dan krijg je al die ongelukken. Daarom: wees je daarvan bewust, rijd kalm en denk om je medemens.’ Dit zijn gewone waarschuwingen in islamitische landen. De Volkskrant denkt daar anders over.
Daarnaast heeft de Volkskrant suikerspiegelexpert en hoogleraar Schrauwen (Universiteit Maastricht) geraadpleegd, die stelt dat mensen best een tijdje zonder voedsel kunnen. Deze uitspraak bevestigt volgens de krant dat vasten geen probleem oplevert voor de verkeersveiligheid. Nu weet Schrauwen niets van ramadan en verkeersveiligheid; daar heeft hij geen onderzoek naar gedaan. En de vraag van De Volkskrant was ook niet of mensen een tijdje zonder voedsel kunnen, maar wat het effect is van vasten op de verkeersveiligheid. Wat heeft het voor zin dat de Volkskrant een deskundige raadpleegt die niets van het onderwerp afweet? Ook op zijn eigen terrein laat Schrauwen een forse steek vallen. Als suikerspiegelexpert zou hij moeten weten dat het niet gebruiken van medicijnen tijdens ramadan ernstige gevolgen kan hebben voor de rijvaardigheid van mensen met diabetes. Schrauwen en de Volkskrant gaan daaraan voorbij.
Kortom: Het Volkskrant-argument gaat uit van rammelende argumenten met als gevolg een rammelende conclusie: ‘Er zijn geen aanwijzingen dat vastende buschauffeurs een gevaar op de weg vormen’. Al met al een stukje wetenschapsjournalistiek dat ver onder de maat is.
Visie op de ramadan in een seculiere samenleving
Het debat over ramadan en veiligheid loopt in Nederland vast door ontkenning, gebrek aan informatie, rammelende argumenten en vrees voor intolerantie jegens moslims. Hoe komen we hiermee verder? Bewustwording van deze problematiek is een eerste stap. Niemand wil toch geopereerd worden door een vastende hersenchirurg of slachtoffer worden van een vastende buschauffeur of piloot? Wordt het daarom niet tijd om hierover na te denken? Vinden we vastende professionals gewoon? Accepteren we mogelijke risico’s? Of willen we dit anders regelen? Er is nog onvoldoende bekend over dergelijke risico’s en nader onderzoek is daarom gewenst.
Voorts is het wenselijk een visie te ontwikkelen over de omgang met dergelijke risico’s. In islamitische landen is deelname aan de ramadan vanzelfsprekend en eventuele negatieve gevolgen worden daar vanzelfsprekend aanvaard. Het gebeurt nu eenmaal en men doet wat mogelijk is om schade te beperken. Willen we dat in Nederland ook? Of kijken we er hier anders tegen aan? Is het niet verstandiger schade door onveiligheid te voorkomen in plaats van te beperken?
In Nederland kennen we een scheiding tussen religie en staat. Ieder mens is vrij de eigen godsdienst of levensovertuiging te beleven en vorm te geven. De overheid bewaakt die vrijheid en is zelf neutraal. Vrijheid van godsdienst en levensovertuiging is een groot goed, maar is niet absoluut. Een overheid mag en moet grenzen stellen aan geloofsuitingen, wanneer het algemeen belang of de belangen van anderen worden geschaad. Overheid en medeburgers mogen daarom aan moslims vragen: ‘Prima dat jullie deelnemen aan de ramadan, dat is geloofsvrijheid zoals die voor iedereen geldt, maar willen jullie zorgen dat de veiligheid van anderen niet wordt geschaad?’ Dat kan bijvoorbeeld betekenen dat mensen met diabetes die hun medicijnen niet innemen, strafbaar zijn wanneer ze autorijden. Zoals dat ook geldt voor gebruik van alcohol, drugs en bepaalde medicijnen. In beroepen die een hoge mate van aandacht en concentratie vragen, kan eveneens een verbod komen om tijdens het werk deel te nemen aan de ramadan. Denk bijvoorbeeld aan medisch personeel en bepaalde beroepen zoals piloten en chauffeurs. Is dat een inperking van de geloofsvrijheid? Inderdaad, maar deze is gerechtvaardigd vanwege de veiligheid van anderen. Een van de grondslagen van deelname aan de ramadan is toch om te denken aan je medemens?
Gezondheid van kinderen
Deelname aan de ramadan heeft niet alleen gevolgen voor veiligheid, maar ook voor gezondheid, met name voor kinderen. In het verleden werden kinderen vrijgesteld van deelname aan de ramadan. Tegenwoordig wordt er soms forse druk uitgeoefend op kinderen om wél volledig deel te nemen, terwijl bekend is dat dat schadelijk kan zijn voor hun gezondheid. Dit gebeurt onder toenemende invloed van de Arabische stroming van de islam, die wereldwijd een aanscherping van islamitische regels bevordert.
Kinderen dwingen of aanmoedigen tot deelname aan de ramadan is ongewenst en kinderen verdienen daarom bescherming van de overheid. Wat mensen thuis doen, is vaak niet te controleren, maar voor islamitische scholen zou hiertoe een duidelijk verbod kunnen komen.
Open debat
Na alle ontkenning, kritiek en verwarring wordt het tijd een open debat te voeren over mogelijke negatieve gevolgen van deelname aan de ramadan. Gewoon met het gezond verstand, met respect voor de geloofsvrijheid voor vastende moslims en tegelijk voor de belangen, veiligheid en gezondheid van anderen.