Satire is dependent on strong beliefs, and on strong beliefs wounded’, schreef de Engelse romanschrijfster Anita Brookner. Satire komt voort uit sterke overtuigingen, en satire kwétst sterke overtuigingen.  

En dat doet het dan ook geregeld. In de meest recente casus op de Zwarte Cross, het jaarlijkse Achterhoekse festival dat zichzelf ‘een bizarre mix van muziek, theater, motorcross, stunts en veel humor’ noemt. En het was het aspect humor dat dit jaar tot behoorlijk wat ophef leidde. Op het festival stonden namelijk verschillende borden geplaatst waarop de draak werd gestoken met onderwerpen als religie, politiek en seksualiteit. Twee van deze borden leidden in bepaalde kringen tot grote consternatie: eentje met de tekst ‘Allah’s Afbakbar’, en de andere waarop naast een Oempa Loempa-dwerg een witte man stond die de tekst ‘Leve de kleurling’ uitsprak, gevolgd door een aantal hashtags waaronder #diversiteit. 

Vanuit islamitische hoek en het identitair-linkse-antiracisme kamp werd de Zwarte Cross op sociale media bestookt met aantijgingen van racisme en islamofobie. Er werd geëist dat de organisatie de desbetreffende borden weghaalde en excuses aanbood. Rapper Sevn Alias, die ook een optreden gaf op de Zwarte Cross, reageerde op de ophef dat hij dit soort borden niet steunde en indien hij ervan had geweten, nooit aanwezig had willen zijn. 

Het duurde niet lang of de Zwarte Cross gaf toe aan de druk. In een statement gaven de organisatoren aan dat de Zwarte Cross ‘pertinent geen plek is voor racisme, discriminatie en respectloos gedrag’, maar wel voor satire. ‘Als wij daarbij een grote groep mensen onbedoeld voor het hoofd stoten, dan laat ons dat zeker niet onbewogen.’ De borden werden weggehaald. Een nederlaag voor de satire, en een zege voor hen die het hardste schreeuwen.

Maar ach, wat doen een paar borden op een festival ertoe, zou je zeggen?

Dat deden ze blijkbaar wel voor de critici ervan. De overwinning werd dan ook gevierd. In salafistische kring werd bijvoorbeeld gesteld dat ‘moslims het festival Zwarte Cross op de knieën hadden gedwongen’. Sommige antiracismeactivisten, blij dat de borden weg waren, bleven desondanks toch van mening dat ze geen bedrijfsongeval waren maar een bewuste poging van de Zwarte Cross om bepaalde groepen te kwetsen. Sevn Alias, die ervan houdt om het in zijn raps uitgebreid te hebben over ‘bitches’,  liet in een boodschap weten ook in de toekomst geen onderdeel meer te willen uitmaken van het festival.

Nu kunnen we deze casus bagatelliseren tot een incident, maar het maatschappelijke probleem dat het symboliseert is veel groter. In een sterk gepolariseerde samenleving, waarin sociale media razendsnel instrumenteel kunnen worden in het tot zwijgen brengen van onwelgevallige meningen en het kalltstellen van individuen die deze meningen uiten, is het een slechte zaak wanneer online ophef, georkestreerd door activisten, de organisatie van een festival waar de draak gestoken wordt met vrijwel alles en iedereen op de knieën dwingt. Dit zou hooguit een goede zaak kunnen zijn wanneer er objectief – dat wil zeggen, vanuit de wet, ter oordeel van de onafhankelijke rechter – vastgesteld zou worden dat er hier daadwerkelijk sprake was van moslimhaat en racisme. Maar op de Zwarte Cross stonden satirische borden met betrekking tot alle religies, zeker niet alleen de islam, en het bord met de tekst ‘Leve de Kleurling’ zien als iets racistisch – oud GroenLinks-Kamerlid Zihni Özdil omschreef het op Twitter juist als ‘subliem antiracisme’ – lijkt ook nogal vergezocht te zijn.

Toch past dit in een trend. Het liberale blad The Economist waarschuwde reeds voor de toenemende intolerantie van jongeren in het Westen voor opvattingen die door sommigen als kwetsend beschouwd kunnen worden. In groeiende mate waren jongeren bereid om hier zelfs fundamentele vrijheden, zoals bijvoorbeeld de vrijheid van meningsuiting, voor in te perken. Het blad schrijft: ‘Years of clicking report spam or abuse may now have normalised the idea of silencing speech one disagrees with rather than debating it’ – waarmee het direct de kern raakt van het problematische aan het bakzeil halen van de Zwarte Cross. Door de desbetreffende borden weg te halen wordt de mogelijkheid om erover te debatteren ons ontnomen.

Niet alleen krijgt de hardste schreeuwer gelijk, maar ook de mogelijkheid tot open debat verdwijnt.

En er zitten nog meer problematische kanten aan deze casus. Juist op een festival, een artistieke aangelegenheid, zou er volop ruimte moeten zijn om de draak te steken met allerlei soorten individuen, groepen en opvattingen. Over smaak kan natuurlijk getwist worden, en debat is dan ook een goede zaak. Wanneer debat echter overgaat in (zelf)censuur hebben we een maatschappelijk probleem – dan komt de vrijheid van meningsuiting en ook de artistieke vrijheid in het geding. En zeker op het gebied van gevoelige thema’s als kleur en de islam zien we dat die toch al in zekere mate onder vuur liggen in Europa.

Tot slot lijkt het handelen van de Zwarte Cross diegenen die van mening zijn dat politieke correctheid domineert en je ‘tegenwoordig niks meer mag zeggen’ gelijk te geven. Dit kan dan weer aanleiding vormen voor juist hele extreme tegenreacties waarin men de vrijheid van meningsuiting en het bedrijven van satire zover gaat trekken dat het overgaat in bewust provoceren en beschadigen van andersdenkende groepen. Ook dit is een onwenselijke ontwikkeling, en juist daarom is het zo van belang dat er ruimte blijft voor satire waar sommigen wellicht aanstoot aan kunnen nemen. En wanneer een festival dat zich op haar humor beroept uiteindelijk toegeeft aan kritiek op haar humor lijken de doemdenkers gelijk te krijgen.

Anita Brookner stelde dat voor het bedrijven van satire een sterke overtuiging nodig was. Hetgeen de Zwarte Cross in deze casus eigenlijk had moeten doen: de rug recht houden, uitleggen waarom ze deze borden had geplaatst, en critici vooral uitnodigen om ter plekke eens kennis te komen maken en zo het debat te voeren. Dat dit nu uiteindelijk niet het geval was is een gemiste kans. Maar niet getreurd, want aangezien de Zwarte Cross ieder jaar wordt georganiseerd komt er volgend jaar weer een nieuwe kans.

Dit jaar eindigde de Zwarte Cross jammer genoeg in een zwarte dag voor de satire. Laten we hopen dat het festival volgend jaar zichzelf niet censureert, maar juist weer volop satire bedrijft aan eenieders adres, zoals het de Zwarte Cross betaamt.

Foto: Adriano Bonfim via Pixabay 

Vrij Links lijn

Vrij Links is een meerstemmig platform. Tenzij anders vermeld, spreken auteurs op persoonlijke titel.

Vorig artikelAls linkse rakker zou ik in de Fortuynstraat willen wonen
Volgend artikel‘Mijn familie smeekte me een schuilnaam te gebruiken’
Gert Jan Geling (1987) is docent Integrale Veiligheidskunde aan de Haagse Hogeschool en promovendus in de Encyclopedie van de Rechtswetenschap aan de Universiteit Leiden. Hij is tevens kernlid van de Belgische denktank Liberales, spreker voor het Humanistisch Verbond en interviewer voor Café Weltschmerz.