Ik ben geboren en getogen als praktiserend moslim. Vanaf mijn tienerjaren was ik betrokken bij islamitische bewegingen zoals de Moslimbroederschap en het denken van theoloog Said Nursî. In de islam werd ik meer aangetrokken door het soefisme en de filosofie. Maar vanaf mijn adolescentie begon ik te twijfelen aan de ideeën van de islamitische bewegingen. Toch bleef ik als een praktiserend moslim vijf keer per dag bidden, een keer per jaar vasten, et cetera. Ik bleef ook geloven in de vijf zuilen van de islam.
Met de loop der tijd verspreidde de twijfel zich in mijn geest en twijfelde ik aan alle principes van de islam. Elk islamitisch principe dat ik vroeger als een absolute waarheid beschouwde, stortte in elkaar. Het essentiële punt van de islam is de relatie tussen God, Zijn Woord – de Koran – en Zijn profeet Mohammed. Voor een tijd kon ik nog aan deze principes houvast ontlenen. Maar dit houvast duurde niet lang en deze toren van steun stortte ook in. Zo bleef niets spiritueels over. Mijn denken, dat gedurende mijn hele leven was ontwikkeld, had mijn geloof van de grond af onttoverd.
Ik ben zelf van nature een spiritueel persoon. Toen ik de God van islam verloor, verscheen het idee van een nieuwe God op mijn geest. Ook al verloor ik geloof in de islamitische bewegingen, ik verloor niet het geloof in God of het respect voor de profeet Mohammed. Maar door de geslotenheid van de gemeenschap waarin ik leerde geloven, werd ik gedwongen mijn relatie tot God opnieuw op te bouwen. Dat leidde mij op een spirituele reis waarin ik een nieuw begrip van God kon formuleren en op mijn eigen manier leerde geloven.
Zoals ik zijn er meer mensen die hun geloof in de gemeenschap kwijtraken, maar niet hun geloof in God. Iedereen heeft zo zijn eigen redenen voor het verlaten van een gemeenschap. Sommigen worden atheïst en kunnen zich niet meer in hun gemeenschap vinden. Maar er zijn er ook die twijfelen aan de gemeenschap, niet aan het geloof. We moeten ook oog hebben voor deze individuen en hun recht op zelfbeschikking.
Te vaak leggen gemeenschappen aan het individu op hoe zij moeten geloven en hoe zij zich moeten verhouden tot God. In concrete gebruiken: wel of geen hoofddoek, wel of niet naar de kerk. Gemeenschappen neigen naar homogeniteit in geloof en geloofspraktijken, maar de relatie tussen God en het individu is persoonlijk, moet zelf opgebouwd en vormgegeven worden. Het opbouwen van deze persoonlijke relatie wordt moeilijk gemaakt voor individuen, omdat ze voorgeschoteld krijgen dat ze hun geloof verraden als ze zich niet aan de praktijken van hun gemeenschap houden. Zo zijn er gelovigen die niet durven te breken met hun gemeenschap als ze twijfelen over de God en praktijken van hun gemeenschap, omdat ze nog wel in een God geloven maar slechts één vorm van geloof kennen.
Mijn spirituele ervaring lijkt echter op de ervaring van de profeet Mohammed. Vanaf zijn jeugd twijfelde hij aan zijn geloof. Hij mediteerde elk jaar tijdens de maand Ramadan in een grot. Na tien jaar meditatie, op 40-jarige leeftijd, bereikte Mohammed een toestand die op de staat van verlichting leek. Toen hij zijn spirituele ideeën aan zijn volk verkondigde, keerden zij zich tegen hem. Slechts sommige van zijn metgezellen steunden hem. Maar zijn spirituele ervaring werd uiteindelijk een van de grootste religies ter wereld en zijn volgelingen beschrijven hem met trots en eerbied. Ook hij werd toentertijd beticht van verraad tegenover de religie van zijn voorouders.
Laat jouw gemeenschap dus niet bepalen hoe jij moet geloven. Je kan een relatie opbouwen met waar jij in gelooft en je geloof zelf vormgeven.
Meer verhalen horen over de verhouding tussen individu en gemeenschap? Tijdens ‘De Afvallige – over breken met je (geloofs)gemeenschap’, zaterdag 9 maart om 15.30 uur in De Balie, Kleine-Gartmanplantsoen 10 in Amsterdam, spreken Asis Aynan (Vrij Links), Jolande Withuis (sociologe, feministe), Fatima El Mourabit (voorzitter Nieuwe Vrijdenkers) en Anita Nanhoe (onderzoeker, auteur, voorzitter Rotterdam Pride). Kijk voor meer informatie op de website van De Balie.