Onlangs trof ik in het oor van mijn krant een merkwaardig citaat aan: ‘Wat is het hogere doel van België? Ik zie het nog niet. En geloof me. Ik zou liever iets anders zeggen.’ Uitgesproken door Alexander D’Hooghe, Belgisch professor aan het Massachusetts Institute of Technology in Boston. Aangesteld als intendant voor het Oosterweelproject, de man die de Gordiaanse verkeersknoop rond Antwerpen zal moeten ontwarren. 

Het hogere doel van België. Het houdt mij al enkele dagen bezig. Ik vermoedde niet eens het bestaan van een hoger doel van ons land. Ik ging ervan uit dat het een gegeven was zoals een ander, een product van de geschiedenis. Ik moet erbij vertellen dat het citaat losgerukt was uit zijn context: een interview in een andere krant, De Standaard. Net daardoor wordt het fascinerend.

Het is als een stukje weefsel van een organisme, in vitro geïsoleerd in een laboratorium. Waar het kan vergeleken worden met andere gelijkaardige stalen die we soms aantreffen in de continue woordenbrij die in onze nationale media wordt uitgestort over de ondertussen al negen maanden durende federale regeringsvorming. 

Zoals daar zijn: ‘België is een artificieel land’, ‘het is een vergissing van de geschiedenis’, ‘het is een constructie die slechts één doel dient: de Vlamingen laten betalen voor de Walen’. Enzovoort. België als een plastic kunstbloem in een boeket van geurige, authentieke natiestaten. 

Dus vroeg ik mij af: waarin onderscheidt een échte natiestaat zich van een artificiële? Is Italië, door Garibaldi samengesmeed uit een amalgaam van stadsstaten, een écht land? Is Duitsland, waar Bismarck zo ongeveer het omgekeerde deed van wat de Vlaams-nationalisten van de N-VA voor ogen hebben, namelijk uit een confederatie een natiestaat smeden, een écht land ? Verlicht mij, beste Noorderburen, wat is het ‘hogere doel van Nederland’? 

Zijn het landen waarin slechts één taal gesproken wordt ? Of waarin andere talen in de loop van de geschiedenis werden uitgeroeid, zoals het Verenigd Koninkrijk of Frankrijk? Of waarin zelfs de oorspronkelijke bevolking in de loop van de geschiedenis werd uitgeroeid, zoals de Verenigde Staten of Australië? Moeten anderzijds succesvolle en welvarende meertalige landen zoals Zwitserland en Canada dan maar samen met België in de vuilnisbak van de geschiedenis verdwijnen? 

Is Egypte, een door de koloniale grootmachten met meetlat en schaar uit Afrika geknipt hoekpand, een écht land omdat het kan bogen op een duizenden jaren oude beschaving die er door de thans overheersende religie uitgespuwd wordt als zijnde godslasterlijk? 

Wat ik wel weet, is dat ik ben opgegroeid in dit land. Dat ik gestudeerd heb ik Brussel, en er in totaal bijna acht jaar heb gewoond. Dat België geen paradijs is, maar evenmin een gevangenis voor Vlamingen. Dat ik mij ook wel eens geërgerd heb toen ik in een chique Brusselse bakkerszaak een wit brood bestelde en als antwoord kreeg: ‘Huit quoi, huit pistolets?. Maar moeten we daar nu echt een staatszaak van maken? 

Ik weet het, het is ooit anders geweest. Ik heb bewondering en respect voor de flaminganten uit het verleden die een bittere strijd hebben gevoerd voor de vernederlandsing van het hoger onderwijs en de ambtenarij, en voor de culturele rechten van de Vlamingen. Niet voor niets schreef Karl Marx zelve dat België het enige land was in Europa waar de bourgeoisie haar eigen taal had. 

Maar die strijd is nu gestreden. We leven in de eenentwintigste eeuw. We hebben andere katten te geselen, zoals de klimaatopwarming, de tanende biodiversiteit, de opnieuw toenemende kloof tussen arm en rijk, het in vraag stellen van de verlichtingswaarden, de democratie, het humanisme en de wetenschap. 

Waar ik ook wel enkele losse ideeën over heb, is over hoe we de merknaam België beter in de markt zouden kunnen zetten. We zijn ontstaan uit de botsing tussen behoudsgezinde en progressieve krachten in die woelige negentiende eeuw. Dat gaf aanleiding tot een vaak weinig verheffend en ongemakkelijk compromis, maar het maakte van ons land ook een corridor waarlangs vernieuwende Franse ideeën over democratie en staatshuishoudkunde zich verder konden verspreiden. Brussel was in die tijd een vrijplaats voor Europese politieke dissidenten, waaronder de eerder genoemde Karl Marx. 

Bovendien is België altijd een grensgebied geweest waar de twee grote culturen van het Europese vasteland elkaar ontmoeten, de Germaanse en de Latijnse. De term ‘Walen’ zou trouwens afkomstig zijn uit de Germaanse talen. De Germanen gingen alle mensen die Latijn, Oud-Frans of Keltisch praatten ‘Walen’ noemen. Een grens- of overgangsgebied zullen we dus altijd blijven, en daar kan je dan grosso modo twee richtingen mee uit. Ofwel zet je een hek op die grens, ofwel maak je er een poreus en kwetsbaar amalgaam van, een pittig en bloedmooi halfbloedje.  

Ik weet niet wat het hogere doel is van Nederland. Maar wat ik wel weet is dat de handelsgeest van de Nederlanders in de wereld zijns gelijke niet kent. Ze kunnen zelfs Heineken verkopen alsof het bier is. Misschien moeten we een Nederlandse intendant aanwerven om ons land wat beter in de markt te zetten.  

Foto: Joaquin Aranoa

Vrij Links lijn

Vrij Links is een meerstemmig platform. Tenzij anders vermeld, spreken auteurs op persoonlijke titel.

Vorig artikelHopen op een kandidaat die de ‘90%’ wil dienen
Volgend artikelGodsdienst is niet het antwoord voor onze verdeelde samenleving
Erik De Bruyn is een kritisch en vrijzinnig lid van de sp.a, de Vlaamse sociaal-democraten. In 2007 verwierf hij bekendheid door zich kandidaat te stellen voor het voorzitterschap van de partij, en daarbij een derde van de stemmen binnen te halen.