Twee jaar geleden viel Kabul en daarmee was Afghanistan weer in de handen van de Taliban. Het Westen kwam, zag en – verdween. Mede door internationale sancties en de huidige machthebbers in het land vindt er momenteel een van ’s werelds grootste humanitaire crises plaats. De Afghanen blijven achter onder de knoet van een van de onverdraagzaamste regimes op aarde. De helft van alle Afghanen leeft in een stoffen gevangenis, als ze überhaupt al de stenen grenzen van hun huis mogen verlaten. Meisjes en vrouwen mogen niet naar school, niet werken en verdwijnen langzaam uit beeld.
Uit machteloze verontwaardiging tweet ik er af en toe over. (Dat zal de Taliban leren, nietwaar.) Om niet alleen toetsenbordactiviste te zijn, besloot ik ook naar de Solidariteitswake voor Afghanistan in Den Haag te gaan. Toch nog steeds met het gevoel dat wat je als gewone burger ook doet, het nooit meer dan symbolisch kan zijn.
Maar deze middag zag ik: mensen kunnen absoluut iets doen, en ze doen het ook. Met imposante moed en volharding tegenover schijnbaar hopeloze overmacht. Marloes Borsboom-Turabaz, namens Vrienden van Afghanistan: “In verbinding kunnen we zo veel doen. Vandaag horen we mensen die koste wat kost gaan, en doen en iets veranderen.”
Maya Aumaj van Hart voor Afghanistan: “Ik roep iedereen op om vanuit mens-zijn bij te dragen. Wij zijn geen stichting, we hebben geen geldstromen, maar samen hebben we veel kunnen bereiken. Tijdens honderd dagen actie voeren na de val van Kabul, behaalden we 111. 673 euro voor levensreddende behandelingen voor ondervoeding en de implementatie van mobiele gezondsheidsklinieken, gefaciliteerd door UNICEF. Ook dit jaar ging er ter ere van de verjaardag van een onze leden, weer 100.000 euro via dezelfde organisatie naar Afghaanse gezinnen in nood. Ook zijn we op 8 maart 2023 een actie gestart om voor elkaar te krijgen dat Afghaanse studentes met een beurs een studie kunnen afronden aan een Nederlandse onderwijsinstelling. Wil je bijdragen maar weet je niet hoe? Mail Hart voor Afghanistan, dan denken wij met je mee.”
Dit kunnen we doen …
Arts Razma Paykardjoe van Medical Committee Afghanistan Netherlands vertelde over het netwerk van artsen en academici in Nederland die zich vrijwillig inzetten om medische kennis in Afghanistan door te geven. “Elke arts, waar ook ter wereld, moet kunnen beschikken over de beste kennis om diagnoses te stellen.” MCAN staat voortdurend in contact met artsen in Afghanistan om te horen wat zij nodig hebben. Voor de val van Kabul was Paykardjoe zelf in het land en zag ze hoop bij veel jonge getalenteerde mensen. Na de val hebben veel artsen moeten vluchten. Dat betekent dat hulp des te harder nodig is nu.
Shah Tabibi, psycholoog en theatermaker, wil Afghaanse dorpen helpen bij het krijgen en plaatsen van zonnepanelen. Energie is peperduur, en de stroom valt sowieso vaak uren per dag uit. “Maar Afghanistan heeft oneindig veel zon. Zonne-energie is meer dan licht in het donker, het is warmte in de kou. Het is werkgelegenheid, en het is schoon water.”
Drie jaar geleden moest journalist Saber Perzad vluchten. In Afghanistan werkte hij voor een internationaal nieuwsbedrijf, TOLO News, een van de grootste commerciële omroepen in het land. Nu werkt hij in Nederland. “Journalisten zijn de stem van de mensen,” zegt hij. “En het is de taak van ons allemaal om een stem te geven aan hen die hulp nodig hebben.” In Nederland maakte hij voor BNNVARA de documentaire Gevlucht na de Val – vanaf 6 september te zien bij de NPO – waarin hij Afghanen spreekt die een leven moeten opbouwen in een nieuw land, een nieuwe cultuur en een nieuwe taal.
Voor de stichting Rescue Mother and Child Afghanistan zet arts Mahbooba Menapal zich vanuit Nederland in om moeder-en-kindcentra in Afghanistan te helpen oprichten, kleine, lokale projecten waar vrouwen worden opgeleid om bij bevallingen in hun omgeving te helpen. Afghanistan heeft het allerhoogste sterftecijfer van Azië van moeders met vermijdbare complicaties tijdens de bevalling. Tijdens haar eerste bevalling, in Nederland, verloor Mahbooba Menapal bijna haar leven. “Dit was de ergste pijn die ik ooit heb gevoeld: ‘ik zal nooit mijn kind zien; mijn kind zal nooit een moeder kennen’.”
In Nederland hebben we medische zorg zo nabij, als we bevallen. Laten we dat alle vrouwen ter wereld geven. De stichting ziet dit project als een pilot die bij succes ook in andere landen met hoge sterftecijfers onder moeders en kinderen, geïmplementeerd kan worden. Om RMCA te steunen in deze grote missie, kunt u doneren of voor meer informatie contact opnemen met de stichting.
Protesteer en laat je horen
Geen woorden maar daden, het geeft hoop dat mensen ondanks alle leed en overmacht toch iets kunnen doen. En als Farah Karimi, Eerste Kamerlid van GroenLinks, het podium krijgt, laat zij meteen zien dat ook woorden – luide, onwankelbare woorden van protest – belangrijk zijn en blijven. Karimi vertelt over haar eerste bezoek aan het land in de zomer van 2000. Over haar ontzetting over de wreedheid van het regime en het gebrek aan bewustzijn erover in het Westen. Maar:
“Vandaag, twee jaar na de terugkeer van de Taliban in Afghanistan 2021, is het opnieuw een gevangenis voor vrouwen. In de afgelopen twee jaar hebben we gezien hoe de rechten van vrouwen en meisjes opnieuw zijn ingeperkt, hoe media en informatie worden gecensureerd en hoe de vrijheid van beweging ernstig wordt belemmerd. […] De burqa is opnieuw een triest symbool geworden van de dagelijkse onderdrukking die vrouwen ervaren.
“Twee jaar geleden wilden sommigen ons doen geloven dat deze generatie Taliban anders was dan die van de vorige eeuw, maar wie het nieuws uit Afghanistan volgt, weet beter. De politiek in het Westen mag niet dezelfde fout maken als toen, en denken dat Afghanistan ons niet aangaat. Onze betrokkenheid bij het Afghaanse volk dat lijdt onder deze barbarij op economisch, sociaal en cultureel gebied gaat ons wel degelijk aan.
“Mensenrechten zijn universeel, onze Nederlandse grondwet verplicht onze regering de internationale rechtsorde te bevorderen en er woedt een grote humanitaire ramp in het land waarvoor wij onze ogen niet mogen sluiten […]
“Laten we niet vergeten dat te midden van deze duistere tijd er moedige vrouwen en mannen zijn in Afghanistan die weigeren te buigen voor deze onderdrukking. Vrouwen die vasthouden aan hun recht op vrijheid, onderwijs en een leven zonder vernedering. Journalisten die in de duisternis van Taliban-gevangenissen vastzitten omdat ze geloven in het vrije woord.”
De Afghanen in Nederland verdienen onze volle steun, zegt Karimi, en ze vraagt ook aandacht voor de talloze vluchtelingen uit het land die zonder perspectief, zonder geld of middelen om verder te komen, zonder onderwijs voor hun kinderen verblijven in Iran, Pakistan of Turkije, buiten de gesloten grenzen van Europa. Een betere toekomst voor Afghanistan zal een lange adem vergen en heel veel inzet, ook door de kleinste individuele acties, zoals ze zelf ook bijdraagt met leiderschapstrainingen aan Afghaanse vluchtelingen: “Een kleine actie, jazeker, maar uiteindelijk komt de verandering van mensen die erin geloven en en niet bereid zijn toe te kijken hoe hun land terugvalt in diepe barbaarse middeleeuwse tijden.”
Poëzie tegenover oppressie
“Raise our voices together!” Schrijfster en vrouwenrechtenactiviste Somaia Ramish is pas kort geleden naar Nederland gekomen; ze kan en wil haar emoties op het podium niet verbergen: ”How can we be free when women in Afghanistan are in prison?” Haar woorden en het gedicht dat zij voordraagt grijpen aan.
Dichters tegenover dictatuur, poëzie tegenover oppressie, een rijkdom aan woorden tegenover de monomane tirannie van het Ene Ware Woord – kan dat overwinnen? Ik wil en moet het geloven.
Somaia Ramis, poem no 13
The aroma of clay and cob
after rain
Misty perfume of mint along
the creek’s edge
The heavy bouquet of jasmine every night
When it’s time to flee
which one of these should I stuff
in my bundle so that in fate’s crooked road
I do not lose my country
—–
De geur van klei en modder
na regen
Een mistig parfum van munt aan
de oever van de rivier
Iedere nacht de duizelingwekkende geur van jasmijn
Wanneer het tijd is om te vluchten
welke van deze prop ik dan
in mijn bundel zodat ik tijdens mijn tocht
over de kronkelige weg van het lot
mijn land niet verlies
Overgenomen met toestemming van en dank aan Somaia Ramish en uitgeverij WGBU, uit Ramish’ dichtbundel:
Vrouw | Leven | Vrijheid
53 pagina’s, (tweetalig Engels/Nederlands), € 12,50 ex verzendkosten
Verkrijgbaar via de uitgeverij
Fotograaf: Nematullah Ahmadi