‘Politici hebben een bepaalde verantwoordelijkheid om het woord Marokkaan niet als gif te gebruiken,’ sprak Arnon Grunberg op 8 mei in Op1. Hoe Wilders en Baudet over Marokkanen praten is inderdaad onsmakelijk en generaliserend. Tegelijkertijd suggereert Grunberg dat politici problemen binnen de Marokkaanse gemeenschap niet mogen aankaarten, want vervang het woord Marokkaan door Jood, en we zijn terug in de jaren dertig. Grunbergs politiek beladen uitspraken, in een verder aangrijpende 4 mei speech, zijn niet alleen historisch gezien onzin, ze zijn een dooddoener voor het integratiedebat en zaaien verdeeldheid op een dag dat we juist schouder aan schouder moeten staan. 

Historische onzin

‘Het is ook logisch, dat als er gesproken wordt over bepaalde bevolkingsgroepen, die doet denken aan de meest duistere tijd van voor de Tweede Wereldoorlog, er dan vroeg of laat, ook weer zo over Joden gesproken kan worden,’ sprak Grunberg in zijn 4 mei lezing.

Ik help Grunberg graag uit zijn droom. De manier waarop er over Marokkanen gesproken doet op geen enkele manier denken aan de manier waarop er in de jaren dertig in Duitsland over Joden gesproken werd. Laten we het trucje van Grunberg toepassen, maar omgekeerd, we vervangen Jood door Marokkaan.

Worden Marokkanen door politici stelselmatig vergeleken met ongedierte en ratten die onze maatschappij vergiftigen? Worden ze beschuldigd van het veroorzaken van de economische crisis en van een wereldwijd complot om het Arische ras te vernietigen? Worden ze uitgesloten van publieke functies en mogen zij bepaalde beroepen niet uitoefenen? Moeten zij op straat een ster dragen? Mogen zij niet met Nederlandse kinderen in dezelfde klas zitten? Worden ze op straat willekeurig doodgeslagen door de politie? Worden ze geweigerd op universiteiten? Worden hun winkels beklad en vernield en de vrouwen door knokploegen verkracht? Worden ze als ‘untermenschen’ vernederd?

Integendeel.

Gedrag

Marokkaanse Nederlanders zijn Nederlanders met dezelfde gelijke rechten en dezelfde gelijkwaardige behandeling. Dragen op dezelfde manier als alle andere Nederlanders bij aan onze samenleving. Marokkaanse BN’ers worden door bijna alle Nederlanders en politici op handen gedragen. We houden allemaal van Ali B, Aboutaleb, Arib en Ziyech. Nederlanders beoordelen mensen anno 2020 niet op ras – zoals dat in Duitsland in de jaren dertig met Joden wél het geval was, maar op gedrag. 

Dat politici als Wilders en Baudet Marokkanen vaak op één hoop gooien is schandelijk. Populisten doen de talloze Marokkaanse Nederlanders die een positieve bijdrage leveren aan ons land ernstig tekort. Toch zijn er problemen die opgelost moeten worden. En dus besproken. Maar als je dat doet, hoe genuanceerd ook, maak je je volgens Grunberg schuldig aan racisme. Een dooddoener voor het integratiedebat. 

Links durft de strijd nauwelijks aan

Dat links gefaald heeft om het integratiedebat juist te voeren, is een zegen voor rechts en het bestaansrecht van populistische partijen als FvD en PVV. De PvdA, volkspartij van weleer, durft de strijd nauwelijks aan en ziet zijn achterban al jaren naar de VVD verkassen.

Typerend voor de huidige verhoudingen was de uitzending van Op1. Het werd een strijd tussen populistisch-rechts en regressief-links, in plaats van een debat over redelijkheid en feiten. De eer om Grunberg van repliek te dienen viel namelijk ten deel aan de Fortuynist Eerdmans. Opnieuw een electoraal cadeautje.

Uiteraard niemand binnen links die dit debat aandurft. Een joodse schrijver wijzen op  historische onjuistheden in zijn 4 mei speech? Ze kijken wel uit. Veel kans om als winnaar uit het debat te komen had Eerdmans overigens niet ondanks zijn sterke argument dat het hem juíst gaat om gedrag van bepaalde Marokkanen en níet om Marokkanen als groep. Op1 zette hem vakkundig klem door hem te omringen met drie tegenstanders: Arnon Grunberg, schrijver Abdelkader Benali en Wouter Koolmees. Het deed pijn aan mijn ogen.

Schadelijke impact

Eerdmans merkte op dat hij het zo jammer vond dat Grunberg in zijn 4 mei-speech verdeeldheid zaaide op een dag dat we schouder aan schouder staan. Want dat is 4 mei, toch? Een dag van nationale eenheid? Nee hoor, niet volgens Grunberg. ‘Want als 4 mei over eenheid zou gaan, zouden we ook al die jongens moeten herdenken die aan het oostfront gestorven zijn,’ merkte hij op.

Ik hoef Grunberg toch niet uit te leggen dat we op 4 mei eensgezind stil staan bij datgene wat ons verbroedert: menselijkheid en naastenliefde. Nooit meer Auschwitz, nooit meer volkenmoord, maar voor altijd in vrede en eenheid samenleven. Dat zijn de waarden die we als land op 4 mei graag eensgezind uitdragen. Maar volgens Grunberg zou 4 mei alleen écht over eenheid gaan als we de duizenden Nederlandse SS’ers die medeplichtig zijn aan de moord op miljoenen Oost-Europese burgers en joden ook zouden herdenken.

Groeiend antisemitisme

Grunberg vindt dat hij ‘de plicht’ had om ‘uit respect naar de nabestaanden van de Holocaust ’ zijn uitspraak over Marokkanen te doen. ‘Anders had ik mezelf laf gevonden,’ zei hij in Op1. Als Grunberg écht dapper was en de 104.000 vermoorde Nederlandse joden eer had willen bewijzen, had hij zich in zijn speech moeten uitspreken over het explosief groeiende antisemitisme in Nederland.

Op de opmerking van Eerdmans dat het onacceptabel is dat je als Jood met keppeltje op straat weleens uitgescholden wordt door jongeren van islamitische afkomst, zei Grunberg: ‘Is goed, dan doen we een keer samen een keppeltje op en lopen we hand in hand door Delfshaven, kijken wat er gebeurt’. Alsof het probleem dat Eerdmans schetst niet bestaat.

In 2019 zijn 182 incidenten geregistreerd, een toename van 35% ten opzichte van 2018. In Amsterdam groeide het aantal incidenten zelfs met 51%. Zionistische complottheorieën en andere eeuwenoude racistische joodse stereotypen zijn weer springlevend. En o, ironie, een paar uur voor de uitzending werden de ruiten van het Joodse restaurant HaCarmel in Amsterdam voor de zoveelste keer ingegooid.

En ja, dat zijn dingen die wél doen denken aan de meest duistere periode van voor de Tweede Wereldoorlog.

Fotografie: Heike Huslage-Koch

Vrij Links lijn

Vrij Links is een meerstemmig platform. Tenzij anders vermeld, spreken auteurs op persoonlijke titel.

Vorig artikelDakloosheid verdubbeld? Een beschamende politieke keuze
Volgend artikelOm 16:55 op ALLE zenders – Het Dorp (5G versie)
Mathieu Peulen is historicus en docent geschiedenis op het Ignatius Gymnasium te Amsterdam. Daarnaast publiceert hij regelmatig over maatschappelijke thema's en politiek in NRC, Volkskrant en Trouw. Hij ook actief in de redactie van Vrij Links