Deze weken lijkt een hardnekkige mythe weer de kop op te steken, dat racisme alleen maar ‘een probleem is van witte mensen’, zoals Sunny Bergman het in haar documentaire uit 2016 formuleerde. Het is de ‘witte’ mens die ‘mensen van kleur’ discrimineert. In iedere blanke schuilt een racist. Daarom moet iedere blanke, belast met een erfschuld van zijn koloniale voorvaderen, zich 200 procent inzetten om ervoor te zorgen dat dit innerlijke racistische monster getemd wordt. 

Deze plaatsing van ‘de racistische witte mens’ vs ‘de mensen van kleur’ komt uit Amerika. Zwarte mensen in de Verenigde Staten worden al eeuwen gediscrimineerd door veelal blanke machthebbers. Tot diep in de jaren zestig bleven de Jim-Crow-wetten, die zwarte Amerikanen raciaal scheidden van blanke Amerkanen, in de zuidelijke staten van kracht. Vandaar ook de in die tijd en plaats terechte aanduiding van ‘de onderdrukker’ vs ‘de onderdrukte’.

Ondanks het feit dat iedere Amerikaan vandaag de dag na een lange strijd van de Civil Rights Movement voor de wet gelijk is, zijn zwarte Amerikanen nog altijd slachtoffer van gewelddadige politiemoorden, stembusdiscriminatie, schrijnende armoede en hieraan gelieerde ongelijke toegang tot onderwijs, universiteiten en de zorg. Dit onrecht inspireerde Amerikaanse activisten tot een aantal formuleringen om aandacht te vragen voor hun penibele situatie. Het formuleren van ‘identiteitspolitiek’, waarbij zwarte mensen hun raciale identiteit ten aanzien van blanke Amerikanen benadrukken, om als groep sterker te staan, is hier onderdeel van. Een soort zwart nationalisme in de geest van Malcolm X. Het onbedoelde – maar vreselijke – effect hiervan is dat anno 2020 de polarisatie in het land alleen maar toeneemt. De ‘white Americans’ en ‘the people of color’ worden tegen elkaar uitgespeeld. 

Privilege is soms wit, soms zwart en soms lichtgetint

Blanken beschikken volgens activisten over ‘white privilege’. In zekere zin is dat ook zo. Ze vormen de dominante groep in Europa en Amerika en hebben in die zin historisch gezien de politieke en economische macht. 

Maar – dit privilege is van toepassing op iedere dominante groep in de meeste landen op aarde. Zo hebben Indiërs in India een privilege ten aanzien van de Pakistaanse minderheid, hebben zwarte Oegandezen een machtsprivilege ten aanzien van de Indiase minderheid en hebben de Bantoe in veel Afrikaanse landen het machtsprivilege omdat zij de grootste bevolkingsgroep vormen. In Marokko, Algerije en Tunesië hebben de Arabieren een duidelijk privilege ten aanzien van de Amazigh in het land. 

Sterker nog, minderheden in de hierboven genoemde landen worden vaak wettelijk gediscrimineerd, geïnterneerd en vermoord.

In Europa en – in mindere mate – Amerika delen etnische minderheden tot op zekere hoogte in die economische en politieke macht. Zo werd Obama president van de Verenigde Staten. Een Pakistaan als president van India? Ondenkbaar.

Iedere kleur discrimineert

Wat verstaan we eigenlijk onder racisme? Racisme is in de woorden van Amnesty de minderwaardige behandeling van bepaalde groepen om raciale of culturele redenen. ‘De’ blanke Nederlander zou – volgens activisten – belast met zijn met koloniaal superioriteitsdenken en door en door racistisch zijn.

Een karikatuur van de werkelijkheid. Ja, West-Europese landen hebben zich als gevolg van kolonialisme lang schuldig gemaakt aan rassendiscriminatie. Tegelijk is racisme een probleem dat altijd heeft bestaan, in ieder land en iedere cultuur. Tot de dag van vandaag. Iedere ‘kleur’ discrimineert. Zo leren de feiten ons dat racisme het meest en heftigst voorkomt in landen in Afrika en Azië en dat West-Europa tegenwoordig juist een van de minst racistische delen van de wereld is.

Racisme in Afrika

Laten we eens kijken naar racisme in Afrika. In Congo worden de Pygmeeën om hun andere raciale kenmerken vervolgd en tot slaaf gemaakt door de dominante Bantoe volkeren. In Somalië worden de Bantoe juist gediscrimineerd en vermoord door de Arabische meerderheid. Een land als Liberia heeft zelfs in zijn grondwet staan dat je alleen een burger van het land kunt worden als je een zwarte huid hebt. In Mauritanië en Niger worden anderhalf miljoen zwarte Afrikanen als slaven gehouden door Moren en Touaregs. Ze dwingen hen zich te bekeren tot de Islam en alleen nog Arabisch te spreken.

In Noord-Afrika worden Amazigh en zwarte Afrikanen door Arabieren stelselmatig onderdrukt, institutioneel gediscrimineerd en vermoord.

In Oeganda wordt de Indiase minderheid al decennia gediscrimineerd met anti-Indiase wetten. Dictator Idi Amin pleegde in de jaren 70 zelfs genocide op de Indiërs. Om over de miljoen vermoorde Tutsi’s door Hutu’s in Rwanda in 1994 nog maar te zwijgen. 

In Zimbabwe wordt de blanke minderheid van hun boerderijen afgedreven en al decennia aangevallen, vermoord en door de regering etnisch gezuiverd. Ook in Zuid-Afrika worden blanken door ‘black empowerment’ wetten buitengesloten van bepaalde publieke functies en krijgen zwarte Zuid-Afrikanen de voorkeur bij veel vacatures. Van Mandela’s regenboognatie is maar weinig terecht gekomen. Integendeel. Zo werden Somalische en Soedanese asielzoekers vorig jaar nog massaal aangevallen en vermoord door lokale zwarte Zuid-Afrikanen. En vergeet de duizenden boeren niet die sinds eind jaren negentig zijn vermoord.

In Tanzania zijn 170.000 albino’s hun leven om hun witte huid in Tanzania niet zeker. Toverdokters geloven dat drankjes waarin lichaamsdelen van deze ‘witte duivels’ vermalen zitten geluk brengen en albino’s worden daarom vermoord. In Malawi verdwijnen er rond verkiezingstijd ook veel albino’s: politici wanen zich na het drinken van albinodrank onverslaanbaar.

Racisme in Azië

In Azië is de situatie rondom racisme ook zorgwekkend. Zo pleegt de regering van Myanmar op grote schaal volkenmoord op de islamitische Rohingya’s. Al 900.000 mensen zijn sinds 2015 naar buurland Bangladesh gevlucht. In Cambodja worden de Chinese, Vietnamese en Thaise minderheden gediscrimineerd met racistische wetten. In China worden honderdduizenden Oeigoeren door de regering vastgehouden in ‘heropvoedkampen’. Ook Tibetanen worden gediscrimineerd en geïnterneerd. Zo is het verboden het Tibetaans te spreken of zich op die manier cultureel te uiten.

In India zijn Pakistaanse moslims het slachtoffer van anti-Pakistaanse wetten en ze worden door de Hindoe nationalist Modi op grote schaal gediscrimineerd. Ook worden zij geregeld aangevallen door aan Modi gelieerde hindoemilities. In Iran worden Arabieren, Joden en Koerden geïsoleerd, geïnterneerd en buitengesloten van publieke functies. De Bahai-minderheid wordt zelfs massaal vermoord door de fundamentalistische machthebbers.

In Maleisië worden Chinezen en Indiërs per wet gediscrimineerd en ze mogen amper publieke functies bekleden. In Indonesië zijn Chinezen, Papoea’s en Christenen slachtoffer van racistische wetten en doodden de etno-Javaanse machthebbers al meer dan honderdduizend Papoea’s om hun huidskleur.

In het Midden-Oosten zorgen onder meer religieus sektarisme en racisme al decennia voor verwoestende oorlogen, waarbij soennieten, sji’ieten en Koerden elkaar discrimineren, buitensluiten en vermoorden. De burgeroorlog in Syrië is hier van het laatste bloedige voorbeeld. Zo pleegde de soennitische terreurgroep IS in 2014 genocide op sji’ieten en yezidi’s in Syrië.

Racisme en antiracisme in Nederland

Vergelijk het heftige en gewelddadige racisme in Azië en Afrika eens met de situatie in West-Europa: in democratische rechtsstaten, zoals Nederland nu is, is het verbod op racisme en discriminatie in de grondwet verankerd. Na een lange geschiedenis van kolonialisme, antisemitisme, slavernij en godsdienstoorlogen heeft de Nederlandse staat orde op zaken gesteld. Nergens ter wereld hebben minderheden dezelfde rechten, kansen en toegang tot hetzelfde onderwijs en zorg als in onze rechtsstaat.

Toch heeft ook Nederland zijn problemen rond racisme en discriminatie. Zo is het vaak lastiger voor een Nederlander met een migratieachtergrond om aan huis en baan te komen. Ook het vinden van een stage blijkt een stuk lastiger met een Marokkaanse of Antilliaanse naam. Ook blijkt etnisch profileren bij de politie hardnekkig en bleek dat de belastingdienst Nederlanders met een migratieachtergrond rondom de toeslagenaffaire discrimineerde. Dit zijn hardnekkige problemen die we serieus moeten nemen en moeten bestrijden. Iedere Nederlander verdient in elke context gelijke behandeling, zo luidt artikel 1 van de Grondwet.

Signalen van racisime discriminatie worden daarom door de politiek en het OM vaak serieus genomen en bestreden in plaats van genegeerd.

Zo werd de agent die verantwoordelijk was voor de dood van Mitch Henriquez door de rechter veroordeeld tot een voorwaardelijke celstraf. En leidde de toeslagenaffaire bij de Belastingdienst tot het opstappen van de verantwoordelijke staatssecretaris. Geluiden over etnisch profileren bij de politie leidden tot grote politieke ophef en het instellen van onafhankelijke onderzoeken. Daarnaast wordt diversiteit door de overheid actief gestimuleerd en met miljoenen gesubsidieerd om discriminatie tegen gaan.

Toch is er nog veel werk aan de winkel. En heeft zowel de politiek als de samenleving de morele plicht om te strijden tegen onrecht en discriminatie.

Helaas draagt niet iedereen op een zinnige manier bij aan de strijd voor meer gelijkheid. Zo zaait een kleine club activisten – die zich claimen in te zetten tegen discriminatie – met identiteitspolitieke ideeën verdeeldheid. Ze creëren – net als xenofoben – met onjuiste frames nieuwe breuklijnen op basis van afkomst en kleur, in plaats van meer gelijkheid en eenheid.

Activisten gaan voorbij aan de realiteit

Een voorbeeld van zo’n pijnlijk frame is ‘wit huiswerk’, een onlangs in het leven geroepen website en handleiding voor iedere blanke burger die het diepgewortelde racisme in zichzelf wil bestrijden. Deze activisten vergeten gemakshalve dat vooroordelen en stereotypes over Marokkanen, Surinamers, Turken, Antillianen en Chinezen ook onder migrantengroepen hardnekkig zijn. Zo voelen Creoolse Surinamers zich vaak gediscrimineerd door Hindoestanen en andersom en is het ook voor veel Marokkanen not done om een relatie aan te gaan met iemand uit een andere bevolkingsgroep. Zo werd een Marokkaans meisje in Amsterdam door Marokkaanse jongens  – die haar een ‘negerhoer’ noemden- in elkaar geslagen omdat ze een relatie had met een donkere jongen. Door haar verwondingen liep ze een miskraam op.

Over deze heftige discriminatie in Nederland reppen withuiswerkactivisten met geen woord. Want het past niet in hun narratief van ‘de onderdrukker, ‘de’ blanken’ versus ‘de’ onderdrukte mensen van kleur. 

Ja, laten we discriminatie en vooroordelen bestrijden, maar dan met een inclusieve in plaats van polariserende boodschap. 

En als de withuiswerkactivisten zich werkelijk zulke grote zorgen maken om racisme, waarom horen we ze dan nooit over het heftige en gewelddadige racisme in andere continenten? Waarom voeren ze geen campagne tegen India of Indonesië waar honderdduizenden mensen om hun huidskleur worden vermoord? Waarom springen ze niet in de bres voor de Indiërs in Oeganda? Het past niet in hun onjuiste ideologische frame dat alleen blanken ‘mensen van kleur’ discrimineren.  

Tribalisme

Met het één op één kopiëren van onjuiste frames hebben Nederlandse activisten het paard van Troje in huis gehaald. Met het polariserende frame van ‘de witten’ versus ‘de mensen van kleur’ drijft een kleine groep activisten – net als extreem-rechts! – een wig in de samenleving. In plaats van nadruk te leggen op onze eenheid staren ze zich blind op de verschillen. En dat terwijl deze verschillen in Nederland internationaal gezien erg klein zijn. Naast gelijke rechten en veelal gelijke kansen, toegang tot uitstekende zorg en onderwijs is de economische voorspoed onder migranten in Nederland relatief hoog. De agressie van de activisten doet echter ten onrechte vermoeden dat Nederland een apartheidsregime voert dat met vuur bestreden moet worden.

Illustratief voor deze agressie zijn de uitspraken van rapper Akwasi op de Dam vorige week, tijdens de anti-racisme demo: ‘Als ik in november een Zwarte Piet zie, schop ik hem hoogstpersoonlijk op z’n gezicht’ en ‘Zwarte Piet mag terug naar z’n hoerenmoeder’. Niemand op de Dam die hem aansprak om zijn ophitsende woorden, sterker nog, hij werd toegejuicht en aangemoedigd door duizenden demonstranten. Wat willen activisten als Akwasi bereiken met dit soort agressieve en polariserende taal? Een verbazingwekkende strategie voor activisten die zich menen in te zetten voor gelijkheid. Want vergis je niet: miljoenen burgers buiten Amsterdam voelen door dit soort speeches in plaats van sympathie vooral afkeer van anti-racisme betogingen in Nederland. 

‘Jij bent een witte man. Houd je mond’

Het erge is dat veel hoogopgeleide stedelingen deze activisten blind volgen in de veronderstelling op deze manier ‘aan de goede kant te staan’. Als je ook maar een haar afwijkt van de orthodoxe anti-racismeleer word je verguisd en als afvallige bestempeld. Deze verstikkende dogmatiek doet denken aan de jaren zeventig en tachtig waarbij sektarische clubs als de RAF en de Rode Brigades-sympathisanten die het idee van de gewapende revolutie ter discussie stelden bestempelden als verraders.

Zonder een kritische blik of op zoek te gaan naar de nuance doen deze jongeren braaf hun ‘witte huiswerk’ en spreken ze blanke vrienden die wél nuance proberen aan te brengen in het debat continu aan met verwijten als ‘jij als witte man moet je mond houden’. Racisme ten voeten uit. Je kunt geen gesprek voeren op basis van identitaire eigenschappen. Het slaat iedere discussie of nuance dood.

Discriminatie bestrijden doen we samen

In plaats van bevolkingsgroepen tegen elkaar uit te spelen met leuzen als ‘de witten’ versus ‘de mensen van kleur’ zouden we als samenleving eensgezind een vuist moeten maken tegen discriminatie. Het zou in Nederland niet moeten uitmaken of je huidskleur blank, getint of donker is.
Laten we onze eenheid benadrukken in plaats van onze verschillen. Of we de strijd nu voeren op straat, op ons werk, in de kerk, moskee of in de politiek, strijden voor meer gelijkheid doen we samen. En wereldwijd.

 

Vrij Links lijn

Vrij Links is een meerstemmig platform. Tenzij anders vermeld, spreken auteurs op persoonlijke titel.

Vorig artikelEen poging om de nuance te reanimeren
Volgend artikelWerknemers van vitale beroepen in de verdrukking
Mathieu Peulen is historicus en docent geschiedenis op het Ignatius Gymnasium te Amsterdam. Daarnaast publiceert hij regelmatig over maatschappelijke thema's en politiek in NRC, Volkskrant en Trouw. Hij ook actief in de redactie van Vrij Links